Onderzoek van de Britse nicheverzekeraar Ecclesiastical wijst uit dat 60% van de vermogende huizenbezitters (HNW) in de afgelopen vijf jaar te maken heeft gehad met een incident met waterschade als gevolg van een lekkage.
Volgens de claimgegevens van Ecclesiastical is waterlekkage een van de belangrijkste oorzaken van schadeclaims op onroerend goed voor de gespecialiseerde verzekeraar. De Association of British Insurers (ABI) meldt dat verzekeraars hierdoor dagelijks 1,8 miljoen pond uitkeren.
Veelvoorkomende oorzaken
Uit het onderzoek van Ecclesiastical bleek dat de meest voorkomende oorzaak van waterlekkage in hoofdwoningen het barsten van leidingen als gevolg van bevriezing was (45%), gevolgd door lekkages uit sanitaire voorzieningen zoals douches, badkuipen of wastafels (37%), verstopte afvoeren (27%) en lekkages uit bubbelbaden of zwembaden (26%).
Voor tweede woningen waren gesprongen leidingen opnieuw de belangrijkste oorzaak (43%), maar verstopte afvoeren (35%) kwamen op de tweede plaats, gevolgd door lekkages uit sanitair (31%), defecte elektrische apparaten zoals airconditioners (30%) en lekkende radiatoren (29%).
Aangezien tweede woningen minder vaak worden bezocht, kunnen deze lekkages, als ze onopgemerkt blijven, gedurende een lange periode plaatsvinden en een aanzienlijke impact hebben op de eigendommen, met duizenden euro’s aan schade tot gevolg.
De nasleep
In de enquête werd gevraagd wat de impact was van de waterlekkages in de hoofdwoningen en daaruit bleek dat er schade was aan de structuur van het pand.
In de enquête werd gevraagd wat de gevolgen waren van waterlekkages in hoofdwoningen. Hieruit bleek dat schade aan de inrichting van de woning, bijvoorbeeld tapijten en vloeren, het meest voorkwam (44%), gevolgd door schade aan persoonlijke eigendommen (43%) en schade aan de structuur van de woning, bijvoorbeeld muren en plafonds (41%).
In tweede woningen kwam schade aan persoonlijke eigendommen (46%) het meest voor, gevolgd door schade aan de inrichting van de woning (35%) en schade aan de structuur van de woning (33%).Bijna een derde (33%) gaf aan dat hun kunstwerken beschadigd waren geraakt als gevolg van de lekkages, wat iets lager was in tweede woningen (27%). Het verlies van onvervangbare voorwerpen, voorwerpen met een emotionele waarde in plaats van een geldwaarde, was hoger in tweede woningen (31%) dan in hoofdwoningen (27%).
Lekken opsporen
Meer dan de helft (54%) gaf aan dat ze fysieke aanwijzingen hadden gevonden dat er water in hun woning was binnengedrongen, waarbij meer dan een derde (36%) vlekken had opgemerkt en een derde (33%) was gewaarschuwd door anderen die toegang hadden tot de woning.
In tweede woningen kwam het optreden van vlekken het meest voor (48%), gevolgd door fysiek bewijs (45%) en waarschuwingen door huisoppassers of sleutelhouders (43%).
Drie op de vijf (60%) respondenten gaven aan dat ze lekdetectiesystemen hadden geïnstalleerd om waterlekkages op te sporen. Stromingsdetectiesystemen (59%) werden het meest geïnstalleerd, gevolgd door vochtigheidssensoren (55%), temperatuursensoren (49%), natte sensortape (48%) en automatische stop (30











