Uit onderzoek van de Onderzoeksraad voor Veiligheid naar koolmonoxideongevallen blijkt dat 46% van de ongevallen gebeurt met een cv-installatie, waarvan het merendeel modern en goed is onderhouden. Dit wijkt af van het beeld dat vooral oude geisers of slecht onderhouden toestellen te veel koolmonoxide zouden produceren. Wel constateert de Onderzoeksraad dat periodiek onderhoud aan installaties geen afdoende bescherming vormt tegen koolmonoxideongevallen. “De verschillende kwaliteitslabels zoals keurmerken, erkenningen en certificeringen bieden te weinig garantie voor daadwerkelijk professionele aanleg en veilig onderhoud. Ook koolmonoxidemelders vervullen hun waarschuwende functie niet vlekkeloos”, aldus de Onderzoeksraad.Tot nu toe wordt aangenomen dat jaarlijks ten minste vijf à tien dodelijke slachtoffers vallen door blootstelling aan een verhoogde concentratie koolmonoxide en enkele honderden gewonden. Naar inschatting van de Raad is de omvang van het probleem met koolmonoxide drie tot vijf keer zo groot. De symptomen van koolmonoxidevergiftiging worden echter vaak niet herkend zodat een juiste diagnose uitblijft.
Getroffen maatregelen
Het kabinet heeft naar aanleiding van de zes aanbevelingen uit het rapport “Koolmonoxide: Onderschat en onbegrepen gevaar” maatregelen genomen om de kans op en gevolgen van koolmonoxideongevallen te verkleinen. De Onderzoeksraad is positief over de maatregelen die de minister voor Wonen en Rijksdienst en de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport nemen. De Onderzoeksraad merkt daarbij op dat het nog enige tijd zal duren voordat daadwerkelijk duidelijk is of alle aanbevelingen worden opgevolgd. Over de opvolging van één aanbeveling moet namelijk nog worden besloten en voor de opvolging van enkele andere aanbevelingen is afstemming op Europees niveau noodzakelijk.
Uit het rapport kwam naar voren dat de verschillende kwaliteitslabels, zoals keurmerken, erkenningen en certificeringen, te weinig garantie bieden voor daadwerkelijk professionele aanleg en veilig onderhoud. Daarom heeft de Raad aanbevolen een wettelijk verplichte uniforme erkenningsregeling in te stellen voor alle installateurs die verbrandingsinstallaties aanleggen en/of onderhouden. “Uit de ontvangen reactie blijkt dat het kabinet drie varianten van zowel verplichte als (verbeterde) vrijwillige erkenningsregelingen nader zal verkennen en uitwerken en de Tweede Kamer eind 2016 over de uitkomst van dit traject zal informeren”, aldus de Onderzoeksraad, die in dit verband graag wil benadrukken dat zij bewust heeft gepleit voor een wettelijk verplichte uniforme erkenningsregeling, omdat met vrijwillige regelingen naar het oordeel van de Raad niet het beoogde resultaat zal worden bereikt.
Andere aanbevelingen
Uit het onderzoek bleek verder dat verbrandingsinstallaties niet failsafe en foolproof zijn en daarom heeft de Raad aanbevolen wettelijke eisen te formuleren om dat te realiseren. Het kabinet onderneemt in Europees verband activiteiten om de benodigde wijzigingen in Europese wet- en regelgeving te bewerkstelligen. Daarnaast beziet het kabinet welke maatregelen in de tussentijd op nationaal niveau genomen kunnen worden. De Onderzoeksraad is verheugd dat enkele fabrikanten van gastoestellen zelf het initiatief hebben genomen om CO-sensors in toestellen op te nemen.
Ten slotte blijkt uit de ontvangen reactie dat het kabinet maartregelen neemt om de overige vier aanbevelingen op te volgen. “Deze aanbevelingen hebben ten doel: de betrouwbaarheid en effectiviteit van koolmonoxidemelders te waarborgen; de testresultaten van koolmonoxidemelders openbaar te maken; de voorlichting over de risico’s van koolmonoxide te verbeteren; en koolmonoxideongevallen beter te onderzoeken en te registreren. Voor de opvolging van één van deze aanbevelingen – het waarborgen van de betrouwbaarheid en effectiviteit van koolmonoxidemelders – is Europese afstemming noodzakelijk”, aldus de Onderzoeksraad voor Veiligheid.