In 2023 groeide het bbp van Nederland met 0,1%. De uitvoer van goederen en diensten droeg hier met 0,3 procentpunt negatief aan bij. De bijdrage van Nederlandse makelij in de uitvoer daalde, waarbij de lagere productie en export van aardgas een grote rol speelde. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers.
De negatieve bijdrage van de uitvoer van goederen en diensten aan de economische groei in 2023 kwam volledig door de goederenuitvoer van Nederlandse makelij (-0,4 procentpunt). De bijdrage van wederuitvoer van goederen was in 2023 neutraal. De export van diensten droeg voor 0,1 procentpunt bij aan de groei van het bbp. In 2022 was de groeibijdrage van de dienstenuitvoer aanzienlijk hoger (2,3 procentpunt). Dit had te maken met herstel van de coronacrisis; in 2021 waren er onder andere nog (reis)beperkingen.
Groeibijdrage van export aan bbp | |||
Nederlandse makelij (procentpunt) | Wederuitvoer (procentpunt) | Export van diensten (procentpunt) | |
2023 | -0,4 | 0 | 0,1 |
2022 | -0,2 | -0,1 | 2,3 |
Grootste afname bij de delfstoffenwinning
De negatieve groeibijdrage van de uitvoer van goederen van Nederlandse makelij kwam voornamelijk voor rekening van de bedrijfstak delfstoffenwinning, die in 2023 veel minder aardgas heeft geëxporteerd. De volumeafname van de export van Nederlandse makelij van deze bedrijfstak was 31,7%, goed voor een negatieve groeibijdrage aan het bbp van 0,4 procentpunt.
Ook de volumeafname van de export van de chemische industrie had een sterke invloed op de negatieve groeibijdrage. De volumeafname van de export van Nederlandse makelij van de chemische industrie was 13%. Deze afname droeg voor 0,1 procentpunt negatief bij aan de bbp-groei in 2023. Een dalend uitvoervolume van landbouw- en voedselproducten komt tot uiting in de negatieve groeibijdragen van de voedings- en genotmiddelenindustrie en de landbouw, bosbouw en visserij. Ook de uitvoer van de elektrische en elektronische industrie, de farmaceutische industrie en de metaalindustrie droegen negatief bij aan de bbp-groei.
Groeibijdrage van goederenuitvoer van Nederlandse makelij aan bbp | ||
Bedrijfstak | 2023 (procentpunt) | 2022 (procentpunt) |
Delfstoffenwinning | -0,39 | -0,13 |
Chemische industrie | -0,1 | -0,08 |
Voedings- en genotmiddelenindustrie | -0,05 | -0,04 |
Elektrische en elektronische industrie | -0,04 | 0,08 |
Overige industrie en reparatie | -0,04 | -0,02 |
Farmaceutische industrie | -0,03 | 0,06 |
Omzet groothandel en handelsbemiddeling, 3e kwartaal 2024* | |
Branche | Omzet (% verandering t.o.v. een jaar eerder) |
Landbouwproducten | 8,8 |
Voedingsmiddelen | 6,7 |
Totaal | -0,6 |
Industriemachines | -1,6 |
Non-food | -3,0 |
ICT-apparatuur | -4,0 |
Overige gespecialiseerde groothandel | -7,5 |
In het derde kwartaal van 2024 werden 100 bedrijven in de groothandel en handelsbemiddeling failliet verklaard. Dat zijn twee faillissementen minder dan in het tweede kwartaal. In het totale bedrijfsleven nam het aantal uitgesproken faillissementen toe in het derde kwartaal.
Het ondernemersvertrouwen voor de groothandel en handelsbemiddeling is gedaald. Het ondernemersvertrouwen in de groothandel en handelsbemiddeling was -5,8 punten aan het begin van het vierde kwartaal van 2024. Daarmee was het vertrouwen van ondernemers 2,6 punten lager dan een kwartaal eerder. Ook het ondernemersvertrouwen voor het totale bedrijfsleven was negatief (-3,1 punten), maar iets minder negatief dan een kwartaal eerder.
Personeelstekort belangrijkste belemmering
De meest genoemde belangrijkste belemmering is een tekort aan arbeidskrachten (32,0%). Dit aandeel is gestegen ten opzichte van het vorige kwartaal. Aan het begin van het vierde kwartaal 2024 noemde 25,3% van de ondernemers in de groothandel en handelsbemiddeling onvoldoende vraag als belangrijkste belemmering in de bedrijfsvoering. Dit is hetzelfde als een kwartaal eerder. Het aantal ondernemers met een tekort aan productiemiddelen als belangrijkste belemmering is gedaald tot 13,4% aan het begin van het vierde kwartaal van 2024. 27,7 % van de ondernemers zei geen belemmeringen te ervaren.