Door steeds minder geboortes is de Europese beroepsbevolking in 2060 met bijna 30 miljoen mensen gekrompen. Belangrijke oorzaak van deze terugval: de scholing van vrouwen. Hoger geschoolden vrouwen krijgen later en minder kinderen. Mede hierdoor dreigt voor de EU ernstige sociaaleconomische ontwrichting. Dat blijkt uit het rapport ‘The fertility rate paradox’ van kredietverzekeraar Allianz Trade.
De onderzoekers stellen dat financiële prikkels en gezinsbeleid om het geboortecijfer op te vijzelen, niet werken. Europese landen investeren jaarlijks miljarden in gezinsbeleid: van kinderbijslagen en belastingvoordelen tot lange ouderschapsverloven en goedkope kinderopvang. Gemiddeld gaat het om bijna twee procent van het bruto binnenlands product (bbp), met Denemarken als uitschieter (4%). en Nederland op een percentage iets boven het gemiddelde. Maar volgens het rapport haalt het weinig uit: de geboortecijfers binnen de EU blijven dalen en zitten ruim onder het vervangingsniveau van 2,1 (het niveau dat nodig is om de bevolking stabiel te houden). Duitsland scoort het laagst met 1,35%. “Ernstiger dan in China” Johan Geeroms, Director Risk Underwriting Benelux van Allianz Trade: “Wereldwijd zijn er landen te noemen met nog lagere geboortecijfers zoals Japan en Zuid-Korea, maar hier hebben we het over een trend die zich voordoet in de totale EU. In geen andere mondiale regio is het geboortecijfer zo laag en de vergrijzing zo hoog als in Europa. De lage geboorte is ernstiger dan bijvoorbeeld in China.” Volgens Geeroms is er sprake van een paradox: “Om de economische groei en welvaart op peil te houden is scholing noodzakelijk. Maar naarmate steeds meer vrouwen een hbo-diploma of universitaire graad halen, wat op zich goed is in het licht van diversiteit en inclusie, neemt de bevolkingsgroei af. Hoger geschoolde vrouwen krijgen op latere leeftijd hun eerste kind en ook krijgen ze minder kinderen. Het aantal vrouwen dat helemaal geen kind krijgt stijgt ook. Nederland loopt hiermee voorop. Hier heeft één op de vijf vrouwen aan het eind van de vruchtbare levensfase geen kinderen gekregen.” Het aantal jonge Nederlandse vrouwen met een hbo- of universitaire opleiding in de leeftijdsgroep 25-34 jaar bedraagt bijna 50%, tegen 26% begin deze eeuw. De gemiddelde leeftijd waarop voor het eerst een kind wordt gekregen is 29 jaar. Vijftig jaar geleden was dat nog 24 jaar. “Europa investeert verkeerd” Als Europa niet ingrijpt krijgen we volgens Geeroms te maken met sociaaleconomische ontwrichting: “ouderdomsarmoede, grote personeelstekorten in cruciale sectoren als de zorg, onderwijs en techniek. En ook valt de economische groei stil.” Wat moet er gebeuren? Geeroms: “Europees overheidsbeleid moet verschuiven van geboorte-stimulering naar het toekomstbestendig maken van de arbeidsmarkt, pensioen en onderwijs. Alleen dan kan een kleiner wordende beroepsbevolking toch voor voldoende economische groei en welvaart zorgen. Zowel de arbeidsproductiviteit als arbeidsparticipatie moet omhoog. Denk bijvoorbeeld aan de inzet van ouderen. En in Nederland bijvoorbeeld minder deeltijdwerk. Vooral onder vrouwen is het percentage parttimers hoog. Die zouden in toenemende mate fulltime moeten gaan werken. Je krijgt er niet meer kinderen door maar het maakt ons land wel sociaal-economisch sterker om de vergrijzing en de bevolkingskrimp op te vangen.”
N |