Nederland blijft financieel onverminderd sterk verweven met het buitenland

 

De omvang van de financiële relaties tussen Nederland en het buitenland is dit jaar verder gegroeid, blijkt uit nieuwe cijfers van DNB. Ondanks de wereldwijde geopolitieke spanningen namen de investeringen in én vanuit Nederland toe, waardoor de netto vermogenspositie in het derde kwartaal van 2025 uitkwam op € 568 miljard.De grote internationale verwevenheid van de Nederlandse economie is vooral terug te zien in het grote bedrag dat Nederland in het buitenland heeft geïnvesteerd en uitgeleend. Dit noemen we vorderingen. Maar Nederland heeft ook schulden aan het buitenland, of buitenlandse bedrijven hebben geld in Nederland geïnvesteerd.

Sinds begin dit jaar namen de buitenlandse bezittingen van Nederland toe tot € 10.374 miljard (+ € 225 miljard) en stegen de verplichtingen naar € 9.806 miljard (+ € 353 miljard). Dit kwam met name voor rekening van de bankensector en pensioenfondsen, onder meer door grotere derivatenposities en deposito’s. Het netto extern vermogen, of simpel gesteld de schuld van het buitenland aan Nederland, kwam daarmee in het derde kwartaal van 2025 uit op € 568 miljard.

In absolute getallen zijn de bezittingen en verplichtingen van landen met grotere economieën soms nóg groter, maar gerelateerd aan het bruto binnenlands product (bbp) wordt Nederland door weinig landen overtroffen. Zo bedroeg volgens cijfers van het IMF eind 2024 de totale waarde van onze buitenlandse bezittingen 853% van het bbp, meer dan het dubbele dan dat van onze buurlanden België (396%) en Duitsland (309%).

Buitenland belegt massaal in Nederlandse beursgenoteerde multinationals

Een van de redenen waarom Nederland veel vorderingen heeft op het buitenland zijn de grote beleggingen van vooral pensioenfondsen, verzekeraars en beleggingsinstellingen in buitenlandse aandelen en obligaties. In totaal ging het in het derde kwartaal van 2025 om € 1.674 miljard aan buitenlandse beleggingen.

Maar opvallend genoeg investeert het buitenland andersom nóg meer in Nederlandse aandelen en obligaties. Nederland heeft namelijk veel beursgenoteerde multinationals, zoals ASML en Adyen, waar buitenlandse investeerders op grote schaal in beleggen. De bijdrage van het zogeheten effectenverkeer aan het Nederlands extern vermogen is dan ook negatief, wat betekent dat puur gekeken naar aandelen en obligaties Nederland meer schulden heeft aan het buitenland dan andersom.

Deze netto-effectenschuld wordt gecompenseerd doordat Nederlandse bedrijven vaker directe investeringen doen in buitenlandse bedrijven dan andersom het geval is. Bij een directe investering bezit een bedrijf minimaal 10% van een ander bedrijf. Het gaat in dit geval met name om directe investeringen van multinationals met een notering aan de Nederlandse beurs.

Sommige van deze multinationals ontplooien in Nederland amper bedrijvigheid, hoewel de aandeelhoudersvergaderingen wel hier plaatsvinden. Voorbeelden zijn Universal Music Group en Prosus. De bedrijfsactiviteiten van deze multinationals vinden vooral plaats in buitenlandse dochterondernemingen. In het extern vermogen komt dit tot uitdrukking als een directe investering vanuit de in Nederland gevestigde multinational in de buitenlandse dochters.

Nederland als financieel centrum: kansen en risico’s

Op 14 januari vertellen Arjen Berkenbos en Melle Bijlsma (divisie Statistiek van DNB) meer over de Nederlandse financiële verwevenheid in De Nieuwe Schatkamer. Arnoud Boot (Hoogleraar Corporate Finance and Financial Markets) en Hala Naoum Néhmé (co-auteur van het boek Impact van Geopolitiek) duiden in dezelfde sessie onze centrale positie in de wereld met een scherpe blik. Is het vooral een voordeel dat Nederland zo’n spilfunctie vervult, of brengt het ook risico’s met zich mee? En hoe moeten we daarmee omgaan in de toekomst? Meld je hier(Verwijst naar een externe site) aan voor deze bijeenkomst.

Foto DNB