Maandcolumn Enno Wiertsema (Adfiz) : Financiële weerbaarheid is geen generatievraagstuk

 

De Autoriteit Financiële Markten (AFM) publiceerde onlangs een rapport over hoe jongvolwassenen uit Generatie Z – geboren tussen 1997 en 2010 – omgaan met hun geld. Om je een idee te geven van de omvang van deze groep: het gaat om zo’n 3,2 miljoen Nederlanders, bijna een vijfde van de bevolking. Het zijn de nieuwe consumenten van hypotheken, verzekeringen, beleggingsproducten etc. Hun financiële keuzes doen er dus toe, voor henzelf én voor de samenleving.

Uit het onderzoek, dat de AFM samen met Kantar uitvoerde, blijkt dat deze generatie zich heel anders oriënteert en informeert dan de generaties voor hen. Ze zijn digitaal vaardig, vertrouwen sterk op sociale media en nemen financiële informatie vaak tot zich via korte, visuele berichten. Niet zelden hechten ze meer waarde aan een filmpje van dertig seconden van een influencer dan aan een brochure of een gesprek met een professional. Als je dat combineert met de lage drempel om een financieel product af te nemen – een paar klikken in een app en je hebt een beleggingsrekening geopend – begrijp je waarom risico’s soms niet goed worden overzien.

Dat klinkt problematisch, en dat is het op zich ook wel, maar toch is enige nuancering bij deze uitkomsten wel belangrijk. Want iedere generatie die zijn eerste stappen zet in de ingewikkelde en wondere wereld van geldzaken maakt beginnersfouten. En iedere generatie laat zich beïnvloeden door goedbedoeld, maar vaak eenzijdig advies. Vroeger was dat ome Ko die je tussen de blokjes kaas en leverworst op het hart drukte om toch écht te beleggen in die ene tip van zijn buurman. Vandaag is die ome Ko een finfluencer met 200.000 volgers op TikTok. De vorm verandert, de behoefte blijft hetzelfde: wie kan ik vertrouwen met mijn vragen over geld? Want wat ome Ko, finfluencers en overigens ook de marketingafdelingen van direct writers met elkaar gemeen hebben, is dat hun advies niet gebaseerd is op jouw persoonlijke situatie, maar op een algoritme. Het is pure productpush.

De kernvraag is dus niet zozeer: hoe voorkomen we dat Gen Z dezelfde fouten maakt als voorgaande generaties? De kernvraag is: hoe zorgen we dat elke Nederlander, jong én oud, toegang heeft tot betrouwbare begeleiding bij financiële keuzes? Want of je nu babyboomer, Gen X’er, millennial of Gen Z’er bent, álle Nederlanders hebben baat bij goed financieel advies. Dat betekent dat structurele aandacht nodig is voor financiële fitheid. Voor onderwijs waarin jongeren leren dat geldkeuzes consequenties hebben. Voor regelgeving die voorkomt dat consumenten worden verleid met te rooskleurige plaatjes. Maar vooral: voor laagdrempelige toegang tot advies waarin het klantbelang centraal staat. Onafhankelijk, menselijk, deskundig en persoonlijk.

Het AFM-rapport over Gen Z is daarmee niet alleen een spiegel voor jongeren, maar voor ons allemaal. Het herinnert ons eraan dat financiële kwetsbaarheid niet ophoudt na je dertigste. Dat je niet immuun wordt voor impulsiviteit of verkeerde adviezen naarmate je ouder wordt. En dat goed advies geen luxe is, maar een basis voor een zekere toekomst. Dus ja, laten we oog hebben voor de unieke uitdagingen van Gen Z. Maar laten we de discussie niet te smal voeren. Financiële weerbaarheid is geen generatievraagstuk. Het is een maatschappelijk vraagstuk.