Adviseurs geven schadeverzekeraars steeds hogere waarderingen voor hun binnendiensten. Het marktgemiddelde in de IG&H Performance Monitor voor zakelijke schadeverzekeraars liep op van 7,2 in 2020 tot de actuele 7,6. In het segment schade particulier stijgt de waardering van de binnendienst nog iets harder van 7,3 naar 7,8. Opvallend is dat het juist de grotere verzekeraars zijn die beter scoren. IG&H verwacht dat met de introductie van AI agents de verschillen weer zullen toenemen. IG&H: “De binnendienst van een verzekeraar heeft een brede definitie. Over het algemeen gaat het om de alledaagse en niet-commerciële ondersteuning van advieskantoren. Bijvoorbeeld rondom acceptatie, prolongatie of een lopend schadedossier. De marktwaardering wordt het hele jaar door gemeten en bepaald door de bereikbaarheid van de afdeling, de deskundigheid en oplossingsgerichtheid van de medewerkers.” |
Let op: de cijfers voor H1 2025 zijn nog niet definitief.
In het verleden konden vooral de kleine en middelgrote verzekeraars rekenen op hoge cijfers voor hun binnendienst. Hun beperkte schaal maakt directe lijnen en langdurige relaties mogelijk. Grotere verzekeraars met grote binnendiensten en een hoger verloop konden daar niet aan tippen. Maar de laatste jaren is er een kentering zichtbaar, signaleert Jan-Pieter van der Helm, managing director Insurance bij IG&H. “Grote verzekeraars zijn steeds beter in staat om advieskantoren persoonlijk te bedienen”, zegt Van der Helm. “Binnendiensten worden virtueel opgesplitst om vaste contactteams per advieskantoor mogelijk te maken. Die medewerkers zijn altijd op de hoogte als er bijvoorbeeld kantoor specifieke afspraken zijn gemaakt. Adviseurs waarderen die vaste contactteams, en dat zie je terug in de Performance Monitor.” Complexe vragen op een eigen lijn Daarnaast wordt er nog steeds geïnnoveerd. Zo maakt Nationale-Nederlanden (NN) sinds kort onderscheid tussen complexe en niet-complexe vragen. Ze hebben elk een andere telefoonlijn. Met een complexe vraag krijg je direct een expert aan de lijn, terwijl een meer junior medewerker de eenvoudiger vragen afhandelt. Met deze aanpak staat NN inmiddels aan de top van de markt op het thema binnendienst in zakelijk schade. “Adviseurs willen vlot en zonder obstakels kunnen werken. Als er iets in het proces blijft steken moet je dat met één contactmoment kunnen oplossen. Een binnendienst is dus niet alleen een vraagbaak, maar moet ook voldoende mandaat krijgen om problemen op te lossen. Juist als de premies weinig verschillen, maak je als verzekeraar het verschil met dit soort snelle en persoonlijke service.” Toekomstbestendige binnendienst Achteroverleunen is er niet bij. Wat nu uitstekend scoort in de Performance Monitor, kan morgen weer achterhaald zijn. “Synergie creëren tussen digitaal en persoonlijk contact, daar ligt de sleutel voor een hooggewaardeerde binnendienst”, zegt Van der Helm. “Verzekeraars investeren momenteel veel in de ontwikkeling van AI-applicaties die ook zelfstandig taken kunnen uitvoeren. Dat zal in de nabije toekomst het verschil gaan maken.”
John Peerbolte vertrekt bij GRM John Peerbolte stopt als directeur van GRM. Dat maakte het expertisebedrijf uit Roosendaal vandaag bekend. Mede-directeur Bianca Vrolijk zal GRM, samen met het MT, gaan leiden. GRM in een bericht op LinkedIn: “De afgelopen jaren hebben Bianca Vrolijk en John Peerbolte met veel plezier de directie van GRM gevormd. Onze gedeelde visie, gericht op inhoudelijke kwaliteit en ons credo ‘How can I help?’, vertaalde zich in een krachtig meerjarenplan dat de basis vormde voor ‘GRM 2.0’. Met dit bericht willen wij jullie laten weten dat John GRM gaat verlaten. Zijn vertrek markeert het einde van een waardevolle samenwerking, maar ook het begin van een nieuwe fase. In goed overleg is besloten dat Bianca Vrolijk, samen met het managementteam, GRM verder zal leiden. Onze koers blijft onveranderd: met toewijding en focus u maximaal van dienst zijn, nu en in de toekomst. We zijn John enorm dankbaar voor zijn inzet, toewijding en de fijne samenwerking. We gaan hem zeker missen, maar kijken met vertrouwen vooruit. De komende tijd starten we met diverse nieuwe initiatieven — stay tuned!” GRM is sinds 2001 een landelijk werkend expertisebureau voor onder andere het afhandelen van letsel- en overlijdensschaden en toedrachtonderzoeken, in opdracht van verzekeringsmaatschappijen, makelaars, bedrijven en de overheid. John Peerbolte werkte sinds 1991 als letselschadebehandelaar en teammanager bij achtereenvolgens Allianz en Korevaar van Dijk Letselschade. Bij laatstgenoemd kantoor, dat in 2016 opging in Flyct Letselschade, was hij commercieel directeur. In 2020 trad hij toe tot de directie van GRM. RM GRM 513 volgers513 volgers2 d • 2 dagen geleden • Zichtbaar voor iedereen op en buiten LinkedIn Volgen 🔔 Organisatie-update: GRM naar de volgende fase De afgelopen jaren hebben Bianca Vrolijk en John Peerbolte met veel plezier de directie van GRM gevormd. Onze gedeelde visie — gericht op inhoudelijke kwaliteit en ons credo ‘How can I help?’ — vertaalde zich in een krachtig meerjarenplan dat de basis vormde voor ‘GRM 2.0’. Met dit bericht willen wij jullie laten weten dat John GRM gaat verlaten. Zijn vertrek markeert het einde van een waardevolle samenwerking, maar ook het begin van een nieuwe fase. 💡 In goed overleg is besloten dat Bianca Vrolijk, samen met het managementteam, GRM verder zal leiden. Onze koers blijft onveranderd: met toewijding en focus u maximaal van dienst zijn — nu en in de toekomst. 🙏 We zijn John enorm dankbaar voor zijn inzet, toewijding en de fijne samenwerking. We gaan hem zeker missen, maar kijken met vertrouwen vooruit. ✨ De komende tijd starten we met diverse nieuwe initiatieven — stay tuned!\\
Zzp letselschade expert re/management
Zzp letselschade expert re/managementZzp letselschade expert re/management
Legalista B.V.Legalista B.V.jan. 2018 – jan. 2020 · 2 jr 1 mndjan. 2018 tot jan. 2020 · 2 jr 1 mnd
Commercieel directeurCommercieel directeur FlyctFlyctmei 2016 – dec. 2018 · 2 jr 8 mndmei 2016 tot dec. 2018 · 2 jr 8 mnd
Commercieel DirecteurCommercieel Directeur
Manager DienstverleningManager Dienstverlening Korevaar van Dijk LetselschadeKorevaar van Dijk Letselschade2005 – 2011 · 6 jr2005 tot 2011 · 6 jr
letselschade behandelaar/ groepshoofd
letselschade behandelaar/ groepshoofdletselschade behandelaar/ groepshoofd AllianzAllianz1991 – 2005 · 14 jr Vianca vrolijk
directeur | NIVRE Expert Personenschadedirecteur | NIVRE Expert Personenschade GRM GRM mei 2021 – heden · 4 jr 2 mndmei 2021 tot heden · 4 jr 2 mnd Expert PersonenschadeExpert Personenschade Expert PersonenschadeExpert Personenschade SRB Rasenberg B.V.SRB Rasenberg B.V.jun. 2018 – jan. 2019 · 8 mndjun. 2018 tot jan. 2019 · 8 mnd PersonenschadebehandelaarPersonenschadebehandelaar PersonenschadebehandelaarPersonenschadebehandelaar SchadebehandelaarSchadebehandelaarZLM VerzekeringenZLM Verzekeringenjul. 2013 – dec. 2013 · 6 mnd
Evaluatie Nationaal Hitteplan RIVM: kans om te sterven door hitte sterk gedaald sinds 2010 De kans om in Nederland te sterven op hele hete dagen is sterk gedaald sinds 2010. Het geschatte aantal sterfgevallen door hitte daalde in de periode van 2000-2009 van 7.000 naar 4.300 in de periode 2010-2019. Dat blijkt uit onderzoek van het RIVM. Sinds 2010 draagt het Nationaal Hitteplan bij aan de bewustwording van de gevaren van hitte. Volgens de onderzoekers is dat een van de mogelijke oorzaken van deze daling. Wel is de kans op overlijden op hete dagen nog steeds verhoogd. Aandacht hiervoor blijft dus belangrijk. Nederland heeft sinds 2007 een Nationaal Hitteplan, dat in 2010 voor het eerst werd geactiveerd. Het RIVM onderzocht of het Nationaal Hitteplan effect heeft gehad op de relatie tussen hoge temperaturen en sterfte in Nederland. Het instituut vergeleek de tien jaar sinds activatie van het Nationaal Hitteplan met de periode daarvoor. Dit onderzoek maakt deel uit van de evaluatie van het Nationaal Hitteplan. De kans om te sterven op hele hete dagen nam vooral af onder ouderen, vrouwen en bewoners van buurten waar veel mensen met een lager inkomen wonen. Onder mensen boven de 90 jaar daalde de kans om te sterven door hitte, maar bleef het geschatte aantal doden in beide perioden hetzelfde. Dat komt omdat er door de vergrijzing meer mensen van deze leeftijd zijn. Aandacht voor hitte blijft noodzakelijk 25 juli 2019 was de heetste dag ooit in Nederland: op meerdere plekken in Nederland werd het toen warmer dan 40 graden. Uit het onderzoek blijkt dat het aantal sterfgevallen een dag later hoger was dan ooit op een zomerdag. Europa warmt wereldwijd het snelst op. Het KNMI(Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut) verwacht in de toekomst meer dagen met extreme hitte. Ook zijn er door vergrijzing meer mensen van 90 jaar en ouder. Maatregelen om gezondheidsproblemen door hitte te verminderen blijven dus noodzakelijk. De daling van de kans om te sterven op hele hete dagen heeft volgens het RIVM verschillende oorzaken. Het is lastig deze van elkaar te onderscheiden. Zo hebben de hittegolven van 2003 en 2006 mensen mogelijk bewuster gemaakt voor de gevolgen van hitte. Ook is er landelijk veel (media)aandacht als het RIVM het Nationaal Hitteplan activeert. Het RIVM informeert (zorg)professionals en mantelzorgers wat zij kunnen doen voor mensen die extra kwetsbaar zijn voor hitte, zoals ouderen en jonge kinderen. Evaluatie Nationaal Hitteplan – 4 onderzoeken Het RIVM evalueert het Nationaal Hitteplan in opdracht van het ministerie van VWS(Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport). Deze evaluatie bestaat uit vier onderzoeken. Naast dit onderzoek naar het effect van het Nationaal Hitteplan op sterftecijfers, onderzocht het RIVM ook het scenario of Nederland voldoende is voorbereid op een periode van extreme hitte (code rood). Uit deze kwalitatieve analyse bleek dat Nederland goed op weg is, maar dat er ook aandachtspunten zijn. Het is bijvoorbeeld lastig te bepalen wanneer extreme hitte de maatschappij ontwricht (code rood). Ook testte het RIVM de nieuwe kernboodschap van het Nationaal Hitteplan: ‘Zorg voor elkaar bij hitte’. Ongeveer de helft van de Nederlanders geeft aan dat deze boodschap hen motiveert om bij hitte extra te letten op kwetsbaren in hun omgeving. Of mensen daadwerkelijk hun gedrag aanpassen wordt onderzocht in het laatste deel van deze evaluatie. De resultaten van dit gedragsonderzoek zijn eind 2025 bekend.
|