De nieuwe productaansprakelijkheidsrichtlijn van Europa krijgt goedkeuring van de Raad

De nieuwe productaansprakelijkheidsregels van Europa zullen over twee jaar van kracht worden voor fabrikanten en detailhandelaren, nadat de Raad van de Europese Unie gisteren een richtlijn heeft aangenomen, waarin 40 jaar oude wetten worden bijgewerkt die de regels uitbreiden tot digitale producten, zoals software en AI. en op onlinemarktplaatsen die rechtstreeks aan consumenten verkopen.

De Richtlijn betreffende de aansprakelijkheid voor producten met gebreken vermindert de bewijslast voor consumenten die schadevergoeding eisen voor gebrekkige goederen en verschuift in plaats daarvan de verantwoordelijkheid naar fabrikanten om te bewijzen dat het product geen schade heeft veroorzaakt. De regels gelden ook voor importeurs en gemachtigde vertegenwoordigers die samenwerken met fabrikanten buiten de Europese Unie, die aansprakelijk kunnen worden gesteld voor defecte producten die schade veroorzaken, en voor bedrijven die producten repareren of upgraden buiten de controle van de oorspronkelijke fabrikant.

“De productaansprakelijkheidsregels die de Raad vandaag heeft aangenomen, zijn goed nieuws voor consumenten en producenten. Het zal voor een benadeelde persoon gemakkelijker worden om schadevergoeding te eisen bij de rechtbank”, aldus de Raad.Het legde uit dat veranderingen in de bewijslastvereisten zullen betekenen dat “een rechtbank kan beslissen dat de eiser alleen verplicht is de waarschijnlijkheid te bewijzen dat het product gebrekkig was of dat de gebrekkigheid ervan een waarschijnlijke oorzaak van de schade is” wanneer de consument wordt geconfronteerd met buitensporige moeilijkheden om de gebrekkigheid van het product te bewijzen.

De richtlijn treedt twintig dagen na publicatie in het Publicatieblad van de Europese Unie in werking, waarna de lidstaten twee jaar de tijd hebben om de richtlijn in nationaal recht om te zetten.