40 doden, 300 ziekenhuisopnames en 1.900 tot 3.600 bezoeken aan de Spoedeisende Hulp. mindervalidevoertuigen in 2022, zo blijkt uit cijfers van Veiligheid.Nl. Hoewel het aantal gereden kilometers met dit type voertuig in verhouding tot andere verkeersdeelnemers verhoudingsgewijs veel lager ligt (0,1%), is twee procent van de verkeersslachtoffers op een Spoedeisende hulp een slachtoffer van een ongeval met een mindervalidevoertuig. Van alle verkeersslachtoffers maken deze slachtoffers één procent uit van het aantal ziekenhuisopnamen en vijf procent uit van het totale aantal overlijdens als gevolg van een verkeersongeval.
Ernstig letsel bij twee op de drie slachtoffers
In bijna twee op de drie gevallen (1.100-2.500 SEH-bezoeken) is sprake van ernstig letsel bij het slachtoffer (gedefinieerd als MAIS2). 300 slachtoffers werden opgenomen in het ziekenhuis en 40 inzittenden van een mindervalidevoertuig overleden als gevolg van het verkeersongeval. “Hoewel niet significant, zien we in de periode 2013-2022 een stijgende tendens van het aantal SEH-bezoeken met ernstig letsel (MAIS2+) na een ongeval met een mindervalidevoertuig. “
Sinds enige tijd is er een opmars van het aantal en de diversiteit van de ‘gehandicaptenvoertuigen met motor’ in de markt. Tegelijkertijd is in diverse ISO- en NEN-normen weinig vastgelegd over gehandicaptenvoertuigen en was er tot nu toe weinig bekend over het aantal verkeersongevallen waarbij een mindervalidevoertuig betrokken is. Uit onderzoek naar het letsel als gevolg van een ongeval met dit type voortuig blijkt onder andere dat het aantal ziekenhuisopnames stijgt .
Ook heeft twee op de drie slachtoffers van een verkeersongeval met een mindervalidevoertuig ernstig letsel. Het gaat in 40% van de letsels om fracturen e3n bij 21% van de slachtoffers om hersenletsel. 70% van de slachtoffers was 70 + en 80-plussers hadden de meeste kans op een ongeval . Met alle letsels was een bedrag aan medische kosten gemoeid van naar schatting tussen de 18 en 35 miljoen euro.
Van alle ongevallen met mindervalidevoertuigen betrof 57% een eenzijdig ongeval, bijvoorbeeld door kantelen, uitwijken en bij het nemen van bochten of drempel. Bij één op de zes (16%) van de ongevallen botste de bestuurder van de scootmobiel op een andere verkeersdeelnemer – rum de helft hiervan met een auto – en 16% met een obstakel, bijvoorbeeld tegen een stoeprand, paal of muur.
VeiligheidNL heeft in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat onderzoek gedaan naar verkeersongevallen (met letsel) waarbij een scootmobiel of ander mindervalidevoertuig betrokken was. Het doel van het onderzoek was om meer inzicht te krijgen in de omvang, de toedracht en de aard van het letsel van deze verkeersongevallen. Ook wilde het ministerie meer inzicht in de risicogroepen en wat de gevolgen voor de slachtoffers zijn. Zoals de ernst van het letsel en de directe medische kosten. De resultaten uit dit onderzoek dienen als input voor de ontwikkeling een nieuw wettelijk kader voor mindervalidevoertuigen en geven richting aan preventiemaatregelen