Nederlandse en Belgische bedrijven vaker slachtoffer van fraude en oplichting

Nederlandse en Belgische bedrijven hebben steeds vaker te maken met fraude en oplichting. Zo had 78% van de bedrijven de afgelopen twee jaar te maken met fraudepogingen tegenover 69% in 2024. Vooral interne fraude (fraude door eigen medewerkers) is sterk toegenomen en komt nog altijd het meest voor, al wint externe fraude snel terrein omdat beroepscriminelen zich steeds meer richten op bedrijven en organisaties, zo komt naar voren uit de recente editie van het Fraude Trendrapport Benelux 2025 van Allianz Trade Benelux.

Andere uitkomsten zijn dat de financiële impact toeneemt. Bij 39% van de interne fraude en 44% van de externe fraude gaat het om schade van meer dan € 100.000 en vier van de vijf respondenten geeft aan dat de ontwikkeling van AI frauderisico’s verhoogt. In 59% van de interne fraudegevallen ging het om ontvreemden van goederen, gevolgd door vervalsing van documenten (41%), fraude via externe partners (39%), ontvreemden van geld en diefstal of vernietiging van data (38%).

Fraudestijging

Volgens het rapport zet de trend zich voort:  meer fraude en impact steeds groter. De onderzoeksresultaten laten een duidelijke spagaat zien: 80% van de bedrijven zegt dat het frauderisico toeneemt. De bedrijven melden ook dat ze vaker te maken hebben met fraude(pogingen) en daar bovenop neemt de impact (schade) van fraude toe. Tegelijkertijd zegt een toenemend aantal bedrijven dat ze voldoende beschermd zijn. Bijna negen van de tien (89%) zegt tevreden te zijn over de beveiliging; bij onze Zuiderburen ligt dat iets hoger: 92%. Vaak berust dit ‘gevoel van veiligheid’ op een misvatting. Bijvoorbeeld omdat men ten onrechte denkt dat een algemene

Wat verstaan bedrijven onder fraude? De scores is België en Nederland gaan over de hele linie gelijk op. Het grootste verschil zien we bij ‘diefstal of vernietiging van data’. Belgische bedrijven zien dat vaker als fraude dan Nederlandse organisaties (79% vs 67%). Dit sluit aan bij het feit dat deze vorm van fraude vaker voorkomt in België dan in Nederland: 52% vs 27%. In België worden fraudezaken meer binnenskamers opgelost. Ook worden er vaker officiële waarschuwingen gegeven.

Interne fraude

Nog altijd wordt de meeste fraude gepleegd door eigen werknemers. Het aantal gevallen van interne fraude(pogingen) stijgt. In Nederland was de stijging met +4% nog beperkt, in België bedroeg de toename +18%. Ontvreemden van goederen is met 59% de meeste voorkomende vorm van interne fraude. Daarna volgen het vervalsen van documenten (41%), ontvreemden van geld (38%) en betrokkenheid/samenspanning bij externe fraude (32%).  Ontvreemden van goederen komt in België duidelijk meer voor dan in Nederland: 65% vs 53%. Ook het ontvreemden van geld komt in België meer voor: 36% vs 26%.

Externe fraude

Bij externe fraude valt op dat de ‘koploper van de afgelopen jaren’ ‘factuurfraude’ gezakt is naar plaats 3. In vergelijking met het vorige onderzoek daalt het aantal (pogingen) van factuurfraude met -18%. Mogelijk dat de opkomst van online factuursystemen hierbij een rol speelt. In Nederland komt factuurfraude nog steeds meer voor dan in België: 48% vs 40%. In België valt het forse aandeel van ‘kopersfraude’ op: 43% vs 18%. Diefstal of vernietiging van data is in België met 18% gestegen terwijl in Nederland geen significant verschil zichtbaar is

Impact fraude neemt toe

46% van fraude heeft aanzienlijke tot grote impact. Vooral Belgische bedrijven melden een forse stijging van schade met grote impact voor zowel interne (+9%) als externe fraude (+23%). In Nederland is het vooral de externe fraude die substantiële tot grote impact heeft.

Vier van de tien bedrijven geven aan  dat bedrijven de impact van interne fraude als substantieel (32%) of groot (9%) bestempelt en 55% als klein. De resterende 4% ervaart geen impact. Bij externe fraude wordt de impact als klein (45%), substantieel (34%), groot (8%) of in het geheel niet (3%) ervaren.

Interne fraudeurs: vaak senior medewerkers

In de top drie van interne fraudeurs staan senior medewerkers nog steeds met stip bovenaan (53%). Zij hebben vaak leidinggevende taken en kennen de bedrijfssystemen en mechanismen door en door. Omdat ze vaak lang in dienst zijn genieten ze bij collega’s en superieuren groot vertrouwen. Dat verschaft hen allerlei vrijheden, waaronder toegang tot vertrouwelijke systemen en informatie.  Daarna volgens junior medewerkers (28%) en leden van het management (14%).

Volgens criminoloog Donald Cressey zijn er drie belangrijke voorwaarden die de kans op interne fraude vergroten: gelegenheid, druk en rationalisatie (‘goedpraten’).

  • Gelegenheid: De kans om fraude te plegen zonder betrapt te worden. Dit kan te maken hebben met zwakke interne controlemechanismen, gebrek aan toezicht of eenvoudige toegang tot geld of activa van het bedrijf.
  • Druk (of motivatie): Denk aan financiële problemen vanwege schulden, gokverslaving of de wens om zich bepaalde luxe te veroorloven.
  • Rationalisatie: Interne fraudeurs praten hun daad goed. Ze zien diefstal als ‘tijdelijk lenen’ of ‘het bedrijf is rijk genoeg en merkt er niks van’.

Als reden om fraude te plegen worden financiële problemen (58%) het meest genoemd. Daarna volgens het uitgavenpatroon (37%), gelegenheid (35%), ontevredenheid over beloning (30%), wrok/onderlinge verhouding (19%), verslaving (15%) en onbekend (8%).

Er is dit jaar een grote stijging te zien van financiële problemen (+22%) en ontevredenheid over de beloning (+16%) als belangrijkste reden voor frauderen. Dit is in België nog groter dan in Nederland. Op welke afdelingen wordt het meest gefraudeerd? Fraudeurs zijn op elke afdeling te vinden. Het hoogst scoort ‘Operations’ met 33 (ontvreemden van goederen is de meest voorkomende interne fraude), daarna Commercie met 24%, vervolgens Inkoop 21% en Finance 20%.