In 10 jaar tijd 188 doden in bulkvaart; verschuiven en vloeibaar worden van droge lading doodsoorzaak nummer één

In de periode 2008-2018  zijn in de bulkvaart 188 opvarenden van schepen om het leven gekomen. Het overgrote deel daarvan (101) overleed door het verschuiven of vloeibaar worden van de lading (liquefactie), 16 als gevolg van ene brand of een explosie en tien bij het aan de grond lopen (grounding). Bij maar liefst een derde (61) van de  dodelijke slachtoffers is de oorzaak onbekend, , zo blijkt uit het Bulk Carrier Casualty Report van de internationale brancheorganisatie Intercargo.  Hieruit komt tevens naar voren dat in het afgelopen decennium 48 bulkschepen als gevolg van een incident total loss raakten

De 101 doden door het verschuiven of vloeibaar worden van de lading vielen op negen schepen. Zes daarvan vervoerden nikkelerts uit Indonesië, twee lateriet (een soort klei) met ijzererts uit India en één bauxiet uit Maleisië.

48 total losses

Het rapport laat zien dat in de periode 2008-2018 in totaal 48 bulkcarriers verloren gingen. De belangrijkste oorzaak is het aan de grond lopen van schepen (19), bijna 40% van het totaal. Op de tweede plaats komt liquefactie met 9 totaalverliezen, gevolgd door flooding  (6), aanvaring (4), brand/explosie (3), en de constructiue (1). Bij zes total losses is de oorzaak onbekend.

De meeste ongevallen gebeuren met kleinere schepen, zo valt te herleiden uit de Intercargo-cijfers. Van de 48 scheepsongevallen ging het in 18 gevallen om schepen tot  35.000 ton , bij elf om schepen tussen de 35.000 en 50.000 ton, bij acht om schepen tussen de 50.000 en 60.000 ton, bij vier om schepen van 60.000 tot 80.000 ton  en bij zeven om schepen van 80.000 ton of meer.

Hoewel het Bulk Carrier Casualty Report een positieve trend laat zien op het gebied van schade en preventie in de bulkvaart  en in geheel 2018 geen enkel schip total loss is geraakt als gevolg van een incident, is er volgens Intercargo geen enkele reden voor tevredenheid en achterover leunen.