Uit het IUMI Global Marine Insurance Report blijkt dat de wereldwijde premies voor maritieme verzekeringen ten opzichte van 2020 met 6,4% zijn gestegen tot $ 33 miljard in 2021. Gestimuleerd door een combinatie van toegenomen wereldwijde handelsvolumes, een sterkere Amerikaanse dollar, toegenomen offshore-activiteit en hogere scheepswaarden, stegen de premies voor vracht, casco, offshore energie en maritieme aansprakelijkheid in 2021. Vooral verzekeraars in Europa en Azië zagen hun premieomzet stijgen. De International Union of Marine Insurance (IUMI) presenteerde gisteren (19 september) deze cijfers tijdens haar jaarlijkse conferentie in Chicago (VS) haar analyse van de trends in de markt voor transportverzekeringen in 2021.
Regionaal waren de wereldwijde inkomsten verdeeld: Europa is goed voor 47,2% van de totale premieomzet, Azië/Pacific kent een marktaandeel van 29,3%, Latijns-Amerika van 10,3%, Noord-Amerika van 7,7%, Overig van 5,5%. Per branche bleef cargo het grootste aandeel vertegenwoordigen met 57,4% in 2021, casco 23,5%, offshore energie 11,8% en maritieme aansprakelijkheid (exclusief IGP&I) 7,3%.
Astrid Seltmann, Vice-chair of IUMI’s Facts & Figures Committee, legt uit: “Voortbouwend op de winst die in 2020 is geboekt, was 2021 opnieuw een positief jaar voor transportverzekeraars. Het was het jaar van een voorzichtig herstel van de wereldhandel, een stijging van de absolute premies, een gunstig schade-effect en bijgevolg een verbetering van de schaderatio. Deze positie wordt echter getemperd door de economische onzekerheden waarmee de wereld vandaag wordt geconfronteerd. Wij rapporteren deze gegevens op een moment dat verschillende schokken een wereldeconomie hebben getroffen die al verzwakt is door de pandemie. Het einde van de oorlog in Oekraïne is nog niet in zicht, de stijgende energiekosten en inflatie wereldwijd, de sombere vooruitzichten voor de handel en de mogelijkheid van verdere klimaat- en pandemiegerelateerde verstoringen. Maritieme verzekeraars moeten een aantal uiterst complexe kwesties aanpakken.”
Offshore energie
De wereldwijde premies uit de offshore energiesector bleven in 2021 stijgen tot $ 3,9 miljard, een stijging van 6,9% ten opzichte van 2020. Dit is het tweede opeenvolgende jaar van stijgingen, na een periode van zes jaar van dalingen (2014-2019). De vraag naar offshore-energieverzekeringen volgt doorgaans de olieprijzen naarmate projecten levensvatbaar worden. Historisch gezien is er een tijdsverschil van 18 maanden tussen verbeterde olieprijzen en toegestane offshore-uitgaven en reactivering van eenheden. De olieprijzen blijven hoog, maar volatiel.
Lloyd’s of London en de International Underwriting Association (IUA) blijven het grootste deel van de markt beheersen, met een marktaandeel van respectievelijk 33,2% en 32,1%. In 2021 waren de claims lager dan de geïnde premies. Er hangt echter nog steeds een schaduw over de offshore-energiemarkt in de vorm van potentieel aanzienlijke niet-gekwantificeerde schades die zich vanaf 2019 zullen voordoen.
Cargo
De wereldwijde premiebasis voor de goederenverzekeringsmarkt bedroeg in 2021 $ 18,9 miljard, een stijging van 9,9% als gevolg van een sterkere dollar en toegenomen wereldwijde handelsvolumes. Goederenpremies weerspiegelen de waarde van de vervoerde goederen en de wereldwijde handelsvolumes. In juli 2022 kwam het Internationaal Monetair Fonds echter met een pessimistische prognose waarin werd voorspeld dat de wereldwijde economische groei zou vertragen van 6,1% vorig jaar tot 3,2% in 2022.
De schaderatio’s in de meeste markten bleven verbeteren als gevolg van het toegenomen premievolume in combinatie met de recente gunstige schade-impact. Voor Europa wordt de bruto schaderatio voor het acceptatiejaar 2021 geraamd op 50%, terwijl andere regio’s de volgende schaderatio’s voor het acceptatiejaar 2021 rapporteerden: VS: 41%, Azië: 45% en Latijns-Amerika 43% (paid claims). Een terugkeer naar pre-Covid activiteit in 2022 zal de impact van claims op de verzekeringstechnische prestaties waarschijnlijk vergroten.
Goederenverzekeraars blijven kampen met hardnekkige uitdagingen, waaronder steeds meer gevallen van brand aan boord, verkeerd gedeclareerde ladingen, verslechterende zware weersomstandigheden, waaronder sterkere winden en golven, overstromingen en bosbranden. Met de toegenomen waardeopbouw op steeds grotere schepen en in één haven blijft het risico op verliezen door grote gebeurtenissen toenemen.
Ocean Hull
De wereldwijde premies voor de zeecascosector stegen in 2021 met 4,1% tot $ 7,8 miljard. Er was een aanhoudende sterke groei in Scandinavië en China, maar een veel zwakkere in het VK (Lloyd’s), waar de daling van de afgelopen jaren aanhield. De totale waarde van verzekerde schepen steeg in 2021 aanzienlijk, vooral dankzij de sterke stijging van de prijzen van containerschepen met meer dan 35%. Ook de waarde van droge bulk- en stukgoedschepen steeg in 2021, maar alle andere segmenten daalden.
Na een matig schadejaar in 2020, toen de scheepvaartactiviteit vooral in de hoogwaardige cruisesector afnam, was er in 2021 een toename van het aantal claims voor casco en machines. Het aantal claims blijft echter laag. De tota losses bedroegen 0,06% en de partial claims 0,14% van de totale wereldvloot. De schadekosten per schip stegen licht ten opzichte van 2020, maar bleven op een historisch laag niveau. De stijgende staalprijzen en arbeidskosten zullen naar verwachting echter gevolgen hebben voor toekomstige cascovorderingen.
Zoals in voorgaande jaren gemeld, blijft de frequentie van branden aan boord, zowel in de machinekamer als in de laadruimte, zorgen baren, met name bij autoschepen en containerschepen. In 2021 deed zich op meer dan 1% van de containervloot brand voor en 0,4% van de vloot kreeg te maken met branden die meer dan $ 500.000 aan schade veroorzaakten.
In termen van verzekeringstechnische winstgevendheid lieten de resultaten een voortdurende verbetering zien. Voor 2021 wordt de bruto schaderatio voor Europa geraamd op 65%. Dit omvat een verwachte stijging ten opzichte van 2020, dat buitengewoon goede resultaten boekte als gevolg van stijgende premies in combinatie met een buitengewoon laag schadevolume in 2020 als gevolg van pandemische effecten, met name verminderde scheepsactiviteit in sommige segmenten. De schaderatio’s voor 2021 voor de andere regio’s waren als volgt: VS: 70,5% Azië:67%, Latijns-Amerika: 54%. Een terugkeer naar volledige scheepvaartactiviteit, waardestijgingen, inflatie van diverse kosten die van invloed zijn op de reparatiekosten, nieuwe scheepsontwerpen, voortstuwing en brandstoftypes zullen de schadetrends in de toekomst waarschijnlijk beïnvloeden.












