Volatiliteit op financiële markten kan tot grote liquiditeitsbehoefte bij financiële instellingen leiden, bijvoorbeeld door onderpandverplichtingen op derivaten. Zo nam de liquiditeitsbehoefte van verzekeraars toe door de rentestijging in maart na de aankondiging van de Europese investeringsplannen en het loslaten van de Schuldenbremse in Duitsland. Uit onderzoek van DNB blijkt dat Nederlandse verzekeraars goed om kunnen gaan met deze liquiditeitsrisico’s, maar dat het belangrijk is dat geldmarkten goed blijven functioneren. Ook is de kans dat de liquiditeitsbehoefte van verzekeraars tot zelfversterkende markteffecten leidt klein.
Verzekeraars dekken renterisico’s af met derivaten, maar lopen ook liquiditeitsrisico’s
De verplichtingen van Nederlandse levensverzekeraars liggen grotendeels ver in de toekomst. De stand van de rente bepaalt in belangrijke mate hoeveel verzekeraars moeten reserveren voor het in de toekomst kunnen uitbetalen van uitkeringen. Schommelingen in de rentestand hebben daarom grote invloed op de financiële positie van verzekeraars. Om de impact daarvan te dempen gebruiken ze derivaten zoals renteswaps, waarbij verzekeraars doorgaans een vaste rente ontvangen en een variabele rente betalen met de verplichting om onderpand uit te wisselen. Wanneer bijvoorbeeld de rente stijgt – en de verplichtingen van een verzekeraar in waarde dalen – daalt de waarde van derivaten. Derivaten zijn dus belangrijk voor verzekeraars om risico’s af te dekken, maar gaan wel gepaard met liquiditeitsrisico. Bij een waardedaling van het derivaat moet vaak binnen één of twee dagen onderpand – in de vorm van liquide middelen of hoogwaardige staatsobligaties – gestort worden.
Verzekeraars gebruiken diverse bronnen om te voldoen aan onderpandverplichtingen
Verzekeraars komen niet snel in liquiditeitsproblemen in geval van stress. Uit analyse blijkt dat verzekeraars in een stress scenario waarin rentes met 100 basispunten toenemen zonder veel moeite kunnen voldoen aan de extra behoefte aan liquiditeit. Daarbij maken ze in eerste instantie vooral gebruik van liquiditeitsbronnen die altijd beschikbaar zijn (directe liquiditeit), zoals kasmiddelen en deposito’s. Aanvullend maken verzekeraars gebruik van andere liquiditeitsbronnen, zoals transacties op de repomarkt, onttrekkingen uit geldmarktfondsen en de verkoop van hoogwaardig schuldpapier.
Wel is belangrijk dat geldmarkten goed blijven functioneren
Verzekeraars zijn voor hun liquiditeit sterk afhankelijk zijn van repotransacties en onttrekkingen uit geldmarktfondsen (gezamenlijk goed voor 60% van de benodigde liquiditeit). Doorgaans levert dit geen problemen op, maar in tijden van stress kunnen repomarkten opdrogen of geldmarktfondsen tijdelijk op slot gaan. In een dergelijke situatie kan niet worden uitgesloten dat verzekeraars op grotere schaal beleggingen moeten verkopen om aan de extra gevraagde liquiditeit te kunnen voldoen. Wel beschikken verzekeraars vaak over gecommitteerde repofaciliteiten en kredietlijnen, die zorgen voor een extra bron van liquiditeit, ook in tijden van stress. Zodoende is de kans klein dat dat een hogere liquiditeitsbehoefte bij Nederlandse verzekeraars – via gedwongen verkopen van beleggingen – tot zelfversterkende markteffecten leidt.
Bredere liquiditeitsstress bij verschillende marktpartijen kan mogelijk wel obligatiemarkten verstoren
Meer volatiliteit op financiële markten leidt tot een grotere liquiditeitsbehoefte voor veel financiële instellingen, bijvoorbeeld als gevolg van oplopende onderpandverplichtingen. Hierdoor is het mogelijk dat verzekeraars, pensioenfondsen en andere marktpartijen tegelijkertijd beleggingen moeten verkopen en zo gezamenlijk markten kunnen verstoren. Het risico op dergelijke gezamenlijke marktimpact lijkt echter ook ver in de staart te zitten, maar is niet ondenkbaar. Zo was er tijdens de Covid-crisis in maart 2020 sprake van versterkende markteffecten op verschillende deelmarkten door grootschalige verkopen. Daarnaast kunnen verzekeraars indirect markteffecten veroorzaken of versterken via onttrekkingen uit geldmarktfondsen. Het is daarom belangrijk dat geldmarktfondsen ook in tijden van stress aan onttrekkingsverzoeken van investeerders kunnen voldoen, in lijn met de van AFM, DNB en MinFin op de consultatie door de Europese Commissie over macroprudentieel beleid voor NBFI.
Foto DNB; MBijster